Schriftelijke vragen over inzet Klijnsma-middelen (18 december 2019)

Home 9 Nieuws 9 Schriftelijke vragen over inzet Klijnsma-middelen (18 december 2019)

Op 18 december heeft Jacqueline Freriksen namens BurgerBelangen schriftelijke vragen aan het college gesteld:

 

Betreft: Inzet Klijnsma-middelen t.b.v. schoolzorgondersteuner

Geacht college,

Wij hebben van uw college een brief ontvangen met als onderwerp: Besteding extra middelen kinderarmoede 2019 met het zaaknummer 2462676. In deze brief kunnen we lezen dat de overgebleven middelen kinderarmoede van 2017 na overhevelingen nu een bestemming heeft gekregen. Overeenkomstig de wens van de raad zouden deze middelen beschikbaar blijven voor de bestrijding van de gevolgen van kinderarmoede bestemd voor preventie. Het bestedingsvoorstel was € 100.000 t.b.v. preventie, jeugd en maatschappelijke initiatieven en € 100.000 voor jeugdparticipatie.

Te lezen valt dat het gehele bedrag van € 200.000 ingezet is voor zorg binnen het basisonderwijs t.b.v. een schoolzorgondersteuner. U verwijst vervolgens naar het interventieprogramma en de vaststelde conceptnotitie ‘Een nieuwe focus op preventie binnen het sociaal domein’ in het college. Hierin wordt echter nergens gesproken over de inzet van Klijnsma-middelen als mogelijke financiële bron ter dekking van dit initiatief.

Als onderbouwing schrijft u o.a. in uw brief: “De zorg is door de inzet van de schoolzorgondersteuner laagdrempelig voor de ouders en kinderen, er is sprake van een goede verbinding tussen alle domeinen, de problematiek wordt eerder gezien en de zorg die geleverd wordt is lichter, passend en preventief.”

De inzet van een schoolzorgondersteuner onderschrijven wij, echter als BurgerBelangen hebben we de volgende vragen m.b.t. de dekking hiervan uit de Klijnsma-middelen:

  1. Betekent dit dat de structurele dekking voor de schoolzorgondersteuner uit de Klijnsma-middelen gedekt gaat worden de komende jaren of is er voor de komende jaren een andere dekking voorzien?
  2. Is hier feitelijk niet sprake van oneigenlijk gebruik van de Klijnsma-middelen?
  3. Zo nee, hoe gaat u aantonen dat de middelen via deze inzet terecht komen bij kinderen in armoede en dat zij door de inzet van een schoolzorgondersteuner geholpen worden.
  4. Bent u het met ons eens dat het effect van de inzet van een schoolzorgondersteuner terug te vinden zou moeten zijn in een vermindering van kosten gerelateerd aan de jeugdwet? (Vermindering van indicaties of minder dure zorg als effect van de inzet).
  5. Zou er daarom geen businesscase ten grondslag moeten liggen aan het initiatief van de schoolzorgondersteuner i.v.m. de dekkingsvraag?

 

Wij kijken uit naar uw beantwoording van onze vragen.

Met vriendelijke groet,

 

Jacqueline Freriksen

BurgerBelangen Hengelo

 

 

Voor de belangen van onze stad en haar bewoners